De Dow-Jonesindex eindigde na een weinig enerverende handelssessie 0,4 procent hoger op 12.836,89 punten. De breder samengestelde S&P 500 sloot op 1391,03 punten, een winst van 0,2 procent. De technologiegraadmeter Nasdaq noteerde een plusje van 0,3 procent op 2926,55 punten.

Op Wall Street werd maar weinig gehandeld, zoals wel vaker aan de vooravond van een feestdag. Donderdag is het Thanksgiving in de Verenigde Staten. De aandelenmarkten zijn dan gesloten. Vrijdag sluiten de beurzen bovendien enkele uren vroeger dan anders hun deuren.

Enige steun

De handel kreeg enige steun door de wapenstilstand tussen Israël en de Palestijnen. De olieprijzen bleven ondanks het bestand in het Midden-Oosten stijgen. Een vat Amerikaanse ruwe olie kostte 87,63 dollar, een stijging van 1 procent. De prijs van een vat Brentolie steeg 1,1 procent tot exact 111 dollar.

Computermaker Hewlett-Packard (HP) herpakte zich na het grote verlies van dinsdag, toen het door beleggers hard werd gestraft voor een miljardenafschrijving op het vorig jaar overgenomen softwarebedrijf Autonomy. Het aandeel, dat dinsdag een kleine 12 procent daalde, kreeg er woensdag 2 procent bij.

Sterkste stijger

Het technologiebedrijf was daarmee de sterkste stijger onder de hoofdfondsen in New York. Ook Bank of America en softwarereus Microsoft waren in trek met koerswinsten van 1,5 en 0,9 procent. Onderin de Dow bungelden chemieconcern DuPont en chipmaker Intel met verliezen van 0,9 en 0,8 procent.

De euro noteerde aan het einde van de handel op Wall Street een koers van 1,2825 dollar. Bij het scheiden van de markt op de Europese effectenbeurzen was de gezamenlijke Europese munt 1,2820 dollar waard.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl